De maand mei staat voor Dark Horse
blijkbaar in het teken van veel manga. Naast de gebruikelijke
titels is ook een aantal paperbacks onder de noemer 'Harlequin'
op het programma gezet en hoewel daar ongetwijfeld publiek
voor is, blijft dit niet mijn smaak. Ook Star Wars: Legacy
lijkt mij niet bijzonder: de verkooptruc van een nulnummer
voor vijfentwintig cent is écht uitgekauwd. De:Tales
is overigens wel weer interessant.
DC raast enthousiast door met de gevolgen
van Infinite Crisis. Met grote namen als James Robinson en
Kurt Busiek op titels als Batman en Superman zijn dat zonder
twijfel boeiende tijden, maar alle Aftermath miniseries zijn
wel redelijk overbodig. De wekelijkse serie 52 is het proberen
waard, al is de grote vraag wanneer daar voor het eerst een
deadline wordt gemist. En stiekem zijn wat vaste series van
het toneel verdwenen, waaronder Wonder Woman, JLA en Flash.
Vertigo biedt Can't Get No door Rick Veitch, een graphic novel
met 11 september als de insteek, de eerste bundel van de nieuwe
serie DMZ en eindelijk de zevende paperback van de sprookjesreeks
Fables. Al met al een relatief rustige maand. De huidige projecten
zijn in beweging gezet. Nu moet men oogsten.
Image gooit opvallend veel nieuwe
series en projecten tegen de muur, in de hoop dat wat blijft
hangen. Emissary klinkt interessant vanwege de makers van
Small Gods, Matt Fraction schrijft de graphic novel Five Fist
of Science en na veel specials is Negative Burn weer eens
toe aan een reguliere reeks. Eveneens aardig detail is de
terugkeer van Frank Cho's Liberty Meadows. Dat werd tijd.
Hetzelfde geldt voor de vijfde bundel The Walking Dead.
Bij Marvel mag Civil War vanaf heden
gewoon zonder die aanhalingstekens, want het gaat officieel
van start als zevendelige miniserie. Het is een ronduit verwerpelijk
basisconcept, de achterliggende marketingtrucjes zijn afgekeken
van Infinite Crisis bij DC en zelfs de covertekenaar is overgenomen,
maar met Mark Millar en Steve McNiven als makers is het een
poging waard. De specials over Annihilation worden naar de
achtergrond gedrukt en ook de komst van een nieuw team makers
voor Wolverine krijgt net even minder aandacht dan het verdient:
Humberto Ramos als tekenaar ga ik zeker proberen. En wat te
denken van Haunt of Horror door Richard Corben? De telling
van miniseries levert deze maand een eindstand op van liefst
vijfentwintig.
De independents bieden bij Slave Labor
nieuw werk van Sonny Liew, genaamd Wonderland. Bij Aspen lanceert
Michael Turner een nieuwe serie met als titel Shrugged en
dat lijkt me heel toepasselijk, aangezien ik me afvraag hoeveel
mensen dat nog boeit. Terwijl Boom! Studios uitbreidt met
het interessante X-Isle, is het opvallend dat Jim Balent met
zijn Broadsword Comics blijkbaar alle oog voor vrouwelijke
proporties is verloren. Een must voor de liefhebbers is de
hardcover Castle Waiting bij Fantagraphics. De sectie Speakeasy
mogen we nu overslaan en Top Shelf sluit deze maand af met
Cry Yourself To Sleep, de debuutcomic van Jeremy Tinder.
comics
:: in
gotham
central (dc) Onlangs is het laatste nummer
verschenen van wat een van DC's verrassendste projecten van
de afgelopen vier jaar genoemd mag worden. Gotham Central
is de comic geweest die de politiemacht van de stad van Batman
een gezicht heeft gegeven. Een grimmig gezicht, dat zeker,
maar niettemin een eigen gezicht.
Schrijvers Greg Rucka en Ed Brubaker
gingen de klus aan. Samen maakten ze de lezer wegwijs in de
hiërarchie van Gothams sterke arm, waarbij de bekende
personages werden uitgediept en nieuwe gezichten op een natuurlijke
wijze in het grote geheel werden vermengd. Toen de basis was
gelegd, nam Rucka de serie in zijn eentje over en hij was
het, die verantwoordelijk was voor enkele emotionele hoogtepunten.
Of dieptepunten, afhankelijk van het perspectief. Gotham Central
was een reeks over een handjevol gewone mensen in een wereld
vol gekostumeerde helden en gestoorde schurken. En wat begon
als schaamteloze kopie van Powers, bleek een gouden greep.
Want waar Powers alsnog geregeld leunt
op breedbeeldactie, heeft Gotham Central het altijd klein
gehouden. De serie heeft een natuurlijk eind bereikt en daarvoor
verdient het alle lof. Het is niet voor niets meerdere malen
de serie met de hoogste gemiddelde score in mijn recensierubriek
geweest.
comics
:: out
fell
(image) Met het concept is niets mis. Schrijver
Warren Ellis wilde een toegankelijke comic, een goedkoop alternatief
voor de zo prijzige comics van vandaag de dag, die door het
gebruik van decompressie bijna stuk voor stuk binnen vijf
minuten gelezen zijn. En dus kwam hij met Fell, zestien pagina's
voor twee dollar.
Het grote voordeel van de serie is,
dat elk verhaal op zich staat. Het grote nadeel is, dat hierdoor
nauwelijks sprake kan zijn van diepgang en groei van de personages.
Alles moet verplicht heel compact, de cast blijft beperkt
en het centrale conflict is doorgaans erg simpel, zelfs al
gebruikt Ellis een opzet van negen panels per pagina. Zo voelt
elk nieuw nummer als een aflevering van een televisieserie
met archetypen als hoofdrolspelers en schijnconflicten als
kern. Ook een goede schrijver als Ellis kan daar niet altijd
iets van maken. Tekenaar Ben Templesmith geeft met zijn geschilderde
werk wel iets extra's, maar het is als kopie van Ashley Woods
werk niet bijzonder genoeg.
Stop ik nu met de serie? Nee, dat
niet. Fell is een aardig tussendoortje dat vooralsnog genoeg
smaak bevat. Maar die smaak verdwijnt snel, dus als niet binnen
een jaar verandering komt in de status-quo, dan ben ik het
uiteindelijk onvermijdelijk een keer zat. Jammer, want zoals
gezegd, met het concept is niets mis.