Het is misschien niet een onderwerp
waar je zomaar over begint, maar ik loop sinds vandaag bij
een psychiater. Nu woon ik in een buurt waar men over elkaar
roddelt en ik heb liever niet dat in de kroeg het verhaal
de ronde doet dat ik me elke woensdag door zo'n zielenkrabber
emotioneel laat doorlichten, dus houd ik het een beetje stil.
Dat begint al met het tijdstip van de afspraak. Toen de secretaresse
vorige week vroeg hoe laat het schikt, zei ik meteen, "Zo
vroeg mogelijk."
Vertrekken via de voordeur is uitgesloten.
Mijn buren zijn notoire gluurders die je echt bij het keukenraam
vandaan moet schoppen. Volgens mij turven ze op een servetje
wie langskomt en hoe vaak. Reizen met het openbaar vervoer
is ook niet zo handig. Al zitten de bussen 's ochtends vroeg
vol met halfzachte waakvlamtypes, op een gegeven moment gaat
het opvallen dat Beemer elke week met onduidelijke bestemming
door de binnenstad dendert. Nee, stilletjes via de achterdeur
de tuin in, de fiets pakken en scheuren maar. Vanochtend fietste
een oude studievriend me tegemoet. In mijn nervositeit zei
ik dat ik naar een vriendin op weg was, maar dat geloofde
hij natuurlijk niet. In het vervolg houd ik het op 'tandarts.'
Mijn psychiater is een grijzende man
van een jaar of vijftig met een stoffig jasje, een dikke bril
aan een touwtje, vulpen in de hand en een pijp op het bureau.
Als hij ook nog een Duits accent had, was het clichébeeld
compleet. Ons eerste gesprek verliep vrij stroef. Hij bleef
maar vragen stellen, terwijl ik dacht dat hij juist de persoon
met antwoord op alle levensvragen zou zijn. "Wat denkt
u zelf dat eraan scheelt?" vroeg hij me terwijl hij nadenkend
op zijn pijp kauwde. Een irritante vraag. Die gemoedstoestandarchitect
verdient per uur een godsfortuin en dan wil hij dat ik zijn
vuile werk opknap?
Op de vraag of ik koffie wilde, vroeg
ik spitsvondig hoe hij daar zelf over dacht, maar dat vond
hij dan weer niet zo'n leuk grapje.
Nu zijn er misschien mensen die zich
afvragen wat ik bij een psychiater moet. Het antwoord is heel
simpel: ik ben een beetje in de war. Begin dit jaar ben ik
namelijk actuele columns gaan schrijven. Wel direct of indirect
over comics, maar vooral inhakend op de actualiteit. En wat
denk je? Er gebeurde zestien weken lang geen flikker. Ja,
in Italië viel een bioscoopbezoeker flauw bij het zien
van Hannibal, maar gegeven de acteerprestaties van Julianne
Moore vind ik dat niet eens zo heel vreemd. Verder gebeurde
helemaal niets. Vervolgens schrijf ik een mooie zomer lang
over de perikelen van een elftal schrijvers in een fictief
huis, vergaat bijna de hele wereld!
Rocklegende Herman Brood lazert zichzelf
van het Hilton, zweefmuts Jomanda bestraalt Sylvia Millecam
de dood in, Maxima Zorreguieta opent samen met haar koninklijke
sinaasappel Wim-Lex een heus charmeoffensief, een groep extremistische
zelfmoordcommando's boort een paar vliegtuigen in het World
Trade Center en het Pentagon, fractievoorzitter Jaap de Hoop
Scheffer wordt snoeihard gewipt door zijn Christen-democratische
achterban, de Amerikaanse cowboypresident George W bombardeert
Afghanistan plat en niemand durft de post meer te openen uit
angst voor miltvuur. Daar had ik wel twintig columns mee kunnen
vullen.
Vroeger deed je 's ochtends de gordijnen
open en zag je meteen of het een mooie dag werd; tegenwoordig
moet je eerst CNN aanzetten om te horen of de wereld nog wel
bestaat. Zie je twee pratende Barbiepoppen, dan staat alles
er nog, heb je sneeuw, dan is het mis. Afgelopen vrijdag had
ik sneeuw. Nu was mijn televisie kapot, maar ja, dat wist
ik toen dus niet. Blinde paniek. Ik heb ruim drie uur bevend
van angst naar de grijze lucht gekeken en iedere overvliegende
spreeuw was een kernbom, ieder plukje wit was een grote wolk
zenuwgas. Voor mij gaf dat de doorslag. Nog diezelfde middag
maakte ik een afspraak bij de psychiater.
"Meneer Beemer," bromde
hij vanochtend, "misschien is het beter als u zich niet
druk maakt over dingen die u niet begrijpt en zich bij die
comics van u houdt."
"Maar mijn actuele column dan?"
"Ach, dan schrijft u toch gewoon
een komisch stukje over uw bezoek aan mijn kantoor?"