Vandaag nemen we afscheid van Rob.
Ik heb uit betrouwbare bron vernomen, dat sommigen onder u
dit straks graag willen vieren met niet alleen koffie en een
plakje cake, maar ook met een uitgebreid comazuipen, stripteasedansen
en het uitbundig slaken van vreugdekreten. In de wandelgangen
heb ik zelfs nog wat gehoord over het ritueel verbranden van
een jaargang Youngblood. Voor dat soort mensen heb ik uiteraard
geen enkel respect. Het is ongepast, onbeleefd en een grof
schandaal dat ik daar niet voor ben uitgenodigd.
Maar laat ik het vooral niet te veel
over mezelf hebben. In vakliteratuur over grafredes wordt
dat toch wel gezien als onkies. Of misschien dat 'doodzonde'
in dit geval beter klinkt. Hoe dan ook, het gaat vandaag om
Rob. En Rob was iemand die ons heeft geraakt, of we dat nu
wilden of niet. Rob was iemand die ons overrompelde met zijn
uitzinnige enthousiasme, Rob was iemand die ons verbaasde
met zijn ongeëvenaarde gebrek aan kennis van de menselijke
anatomie, Rob was iemand die ons na het zien van zijn werk
naar de spiegel liet rennen en liet natellen hoeveel tanden
we dan precies hadden. Hij heeft ons geraakt en daarom zijn
we hier.
Want met Rob konden we lachen. Om
Rob ook. Ik kan me goed mijn eerste keer in San Diego herinneren,
de eerste keer dat ik de grootste Amerikaanse stripbeurs bezocht
en na een handvol gangpaden ineens midden in het Image eiland
stond. De rijen voor Jim Lee, Erik Larsen en Todd McFarlane
waren zo lang, dat ze halverwege in de knoop raakten met de
rij voor het toilet, maar voor één tafel in
die stand was het rustig. Of misschien dat 'doodstil' in dit
geval beter klinkt. Het was een tafel waar vrijwel iedereen
met een enorme boog omheen liep. Het was een tafel waar het
leek of de tijd stilstond, een zwart gat waar niemand in wilde
vallen. U raadt het, dat was waar Rob zat. De stapel onverkochte
comics naast hem was indrukwekkend.
Bij zijn reputatie als ruziemaker
zal ik niet te lang stilstaan. Ik zie dat Peter David een
plekje op de eerste rij heeft gevonden en ik ruik dat de oprichters
van Image rotte eieren bij zich hebben, dus ieder woord over
dit onderwerp is een woord te veel. Wel wil ik aan de mensen
van de beveiliging vragen of ze deze heren in de gaten willen
houden. Natuurlijk levert het prachtige plaatjes op als voormalige
collega's de kist beklimmen omdat ze zeker willen weten dat
Rob echt dood is, maar vandaag is ook de dag dat we aan zijn
nabestaanden moeten denken. Het zou zonde zijn als zo'n mooie
kist beschadigd raakt. Die heeft veel geld gekost.
Vandaag nemen we dus afscheid van
Rob, de man die maar niet ouder wilde worden. Lichamelijk
én geestelijk. We moeten zonder hem verder. Nooit meer
pin-ups van vrouwen met onmogelijke borsten, nooit meer hoofdpijn
van al die snelheidslijnen. We zullen hem missen. Niet voor
lang, maar toch zeker tot het eind van deze grafrede.